U bent hier

4.3.2. Rechtsstaat

afbeelding van Elze

De wereld-maatschappij, zoals righttosay die voorstaat, is een rechtsstaat. Dat wil zeggen:

De Rechterlijke Macht heeft het hoogste gezag. Het Politiek Recht, zoals geformuleerd in 4.3.1 vormt daarvan het hoog­ste orgaan.

Het uitgangspunt, zoals ge­for­mu­leerd in 4.2.3-1a, te weten: jezelf en an­deren niet, dan wel - in het kader van zelf­be­scher­ming en elkaar beschermen - zo min mogelijk be­scha­di­gen, alsmede de basisrechten, zoals ge­for­mu­leerd in 4.2.1, vormen het fundament van de rechtsstaat waar ie­der­een aanspraak op kan maken.

Ieder individu wordt als gelijkwaardig beschouwd, dwz. ieder individu is van gelijke waarde maar niet gelijk.

De vele in­di­vi­du­en gezamenlijk vormen een heterogeen gezelschap die gelijke kansen krijgen, die ze ieder op ei­gen wijze kun­nen invullen, op voorwaarde van jezelf en anderen niet be­scha­di­gen.

Ieder individu krijgt van de wieg tot het graf de gelegenheid zijn/haar eigen ontwikkelingspad en ont­wik­ke­lings­tra­ject in zijn/haar zelf gekozen tempo te volgen.

Individuen worden als zelfgekozen identiteiten beschouwd die zijzelf naar believen kunnen wijzigen. Ook de naam­ge­ving kan – na overleg met de rechterlijke macht – worden gewijzigd.

De privacy van de identiteit gaat – zoveel als mogelijk – voor die van rechtshandhaving.

De rechtshandhaving respecteert de basisprincipes en wordt – zoveel als mogelijk – zonder geweld uit­ge­voerd.