U bent hier

De brievenbus

afbeelding van Elze
Wij hebben sinds enkele dagen een hele mooie groene brie­ven­bus. Om onze post op te halen, want wat zou je er anders mee moeten doen, nietwaar? Om bij die brie­ven­bus te komen moeten wij wel 1,5 meter lopen. Oftewel, 150 hele centi­meters. Nou is lopen gezond, dus iedere dag doen wij dank zij de PTT weer ons portie gezondheid op. Ja, die PTT heeft het toch maar goed met zijn klanten voor. Samen met onze wet­gever heeft hij bepaalt dat wij meer moeten lopen omdat de postbode teveel loopt. Die kan die 150 centimeter echt niet meer lopen. En de PTT is, samen met de  wetgever, zeer begaan met de gezondheid en de arbeids­omstandig­heden van de postbode; én met de econo­mische gezond­heid van de PTT natuurlijk.
 
Nou ja, zegt de PTT, hij of zij zou wel 150 cm meer kunnen lopen maar als we dat toe­staan dan is het hek van de dam. Dan willen anderen ook niet meer naar de brieven­bus lopen en moeten onze postbodes nog meer lopen. Dan zijn ze nog langer be­zig en hebben wij meer mensen nodig om het werk af te krijgen en dat kost geld. En de ge­schil­len­com­mis­sie is het met ze eens; regels zijn regels. Met uitzon­de­rin­gen wordt het een chaos. Uitzon­de­rin­gen moesten verboden worden, nietwaar PTT, nietwaar ge­schillen­commissie, nietwaar wet­gever? Net zo’n chaos als de uitzonderingen in onze taal, in onze [inter]nationale wet- en regelgeving, in onze  [inter]nationale afspra­ken en verdragen, etc,etc. Maar ach ja, natuurlijk; deze uitzon­deringen zijn ook weer regels geworden; uitzonderings­regels. Maar die gelden niet voor onze brievenbus. Het staat in de wet.
 
Je kunt alles willen beheer­sen en sturen; alles willen re­gelen en vast­leggen. Mensen willen dwin­gen alles precies zo en niet anders te doen. Maar je kunt ook afstem­men; flexibel en klant­gericht maatwerk leveren. Het lijkt er op dat we zowel bij de PTT, bij de geschillencommissie post als bij de wetgever te maken hebben met een beheersingscultuur waar je niets anders kunt doen dan con­for­meren. Ruim­te voor initiatief, flexi­biliteit en het leveren van maatwerk is er kennelijk niet bij. 
 
Dankzij de bureau­cra­tische afhan­deling van de geschillen­commissie post had ik ruim 5 maanden m’n wekelijkse gezonde fietstochtje naar de post. En dankzij het feit dat ik als herintredende 50-plusser nog maar steeds niet die gewenste baan kan krijgen, had ik de gelegen­heid om iedere vrijdag precies tussen 11 en 12 uur bij de post aanwezig te zijn. Zo zag ik iedere week weer hoe deze postbodes met de hand iedere brief in het juiste vak moesten stoppen. In ons dorp niks geen sorteermachine. Alsof er geen postcode­stikker­machien­tje te ontwerpen is, waarop je postcode en huis­nummer in kunt typen en de stikker in de linkerbovenhoek kunt plakken. Een klein appa­raatje dat voor een klein prikkie voor iedereen is aan te schaffen. Zodat de sorteer­machine geen leesproble­men meer heeft.  Kwestie van initiatief en ruimte voor creatief meedenken. Maar als je je constant moet conformeren laat je dat als mede­werker wel uit je hoofd. Want dan krijg je toch weer te horen dat dat belachelijk is, niet kan om….[vul maar in]. 
 
Hulde voor de post­bodes. Zij hebben geen pro­ble­men met 1,5 m. meer of minder. Zij klagen niet eens bij al dat monotone postsorteren. Nee, zij sjouwen zich een breuk aan al die stomme reclame en gidsen die ze naast de gewone post dienen mee te nemen. Voor de broodnodige inkomsten. Tja, bureau­cratie is duur. Zeker als je daardoor steeds meer WAO-ers krijgt die door de werkdruk van het personeels­tekort én deze extra reclame-draaglast hun draag­kracht overschreden hebben. 
 
Ik krijg binnen­kort 50 hele guldens terug van de PTT. Voor de Geschillen­com­missie­kosten. Behalve wat postzegels heeft het me niks ge­kost. Toch mooi van de PTT. Dat had­den ze niet hoeven doen nietwaar? Net zo min als ik deze hele proce­dure in gang had hoeven zetten. Ik wist toch immers van te voren wat er uit zou komen. Ik was ge­waar­schuwd. Wet is wet. Regels zijn regels. Voor de PTT,  voor de geschillen­com­missie post én voor de wet­gever. We leven immers in een be­heersings­cultuur. Afstemmen is er niet bij. 
 
Ik had het niet hoeven doen, maar ja, ik had er de tijd voor.