Er wordt op wereldniveau [via de VN] belasting geheven op basis van vermogen [solidariteitsbelasting]. De belasting is hoger naarmate het vermogen groter is. Het percentage fluctueert op basis van een schatting van de maatschappelijke behoeften nu en in de toekomst.
Er wordt belasting geheven op basis van aardzaken. Bedoeld wordt de zorg om de aarde te onderhouden [herstel en voorkomen van bodemverontreiniging] en leefbaar te maken, natuurgebieden herstellen en reorganiseren, de zorg voor het dierenwelzijn en de veiligheid van mens, dier en milieu. De belasting is hoger naarmate er meer werk en kosten mee gemoeid zijn en wordt op geheven op basis van vermogen.
Er wordt belasting geheven op basis van grondstoffen. De belasting is hoger naarmate grondstoffen meer bewerking nodig hebben om milieuvriendelijk te recyclen.
Er wordt een basiszorg- en onderwijsbelasting ingevoerd. Deze belasting wordt geheven op basis van vermogen. Daarmee is iedereen gratis verzekerd van alle fysieke en mentale zorg en onderwijs die nodig is.
Voor onvoorziene overheidsuitgaven wordt, afhankelijk van het vermogen, aanvullende belastingen geheven.
De vermogens-, aardzaken-, zorg-, onderwijs en onvoorziene belastingen worden door de overheid rechtstreeks geïnd. De belasting op grondstoffen zijn in de prijs van producten verwerkt.
Door het invoeren van een basisinkomen komen alle volks- en werknemersverzekeringen te vervallen.
De pensioenfinanciering [het extraatje voor de oude dag] wordt door iedereen persoonlijk geregeld.